De boom is rechtstaand dood. Er is duidelijk taksterfte aanwezig en de standplaats van de bomen verhoogt het risico op schade door takbreuk of windworp.
Er dient een heraanplant te gebeuren met minstens 1 inheemse streekeigen hoogstammige boom, een inheemse haag of een aantal inheemse struiken in het eerstvolgende plantseizoen en op hetzelfde perceel teneinde het landschap te herstellen en zo de landschappelijke en ruimtelijke impact te verkleinen.
Indien er wordt gekozen om een boom te heraanplanten, dient deze minstens maat 12-14 hebben.
De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de aanplant. Bij uitval dient het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats terug te worden ingevuld.
Het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 14/04/2000, en latere wijzigingen, tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is.
Het decreet van 21/10/1997, en latere wijzigingen, betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.
Het 'acuut gevaar' wordt onderschreven en bijhorende schriftelijke toestemming wordt ondertekend voor het vellen van 1 pinus Sylvestris (grove den) gelegen op het kadastraal perceel gekend als AFD2, sectie D, nr. 22N2.
De aanvrager wordt schriftelijk op de hoogte gesteld van deze beslissing.